Rutger Kopland

Het kon gebeuren dat geschreven dingen ontevreden werden toen je ging,
ons nurks de rug toekeerden en onvindbaar bleven, zelfs de grote dingen
waggelden toen je ging dachten we weg, het kon gebeuren dat we over
de ziel zeiden dat die misschien wel, onverstoorbaar, niemand kon toch

zonder, ander onderwerp, maar jij bleef weg van het gedoe zonder jou:

waan van de dag. We heetten je kameraad van alle dingen, dat we dat 
durfden (toen je van steen het hart, van tafel het tafelachtige omarmde
of toen zei je "mooi, maar dat is het woord niet" en hoe je het verdwijnen
verschijnen van de dingen in het landschap van de poëzie ontwarde). 
Ter gelegenheid van de onthulling van een borstbeeld van Rutger Kopland in Haren