De zilveren kroon

Toen Beatrix, onze vorstin in spe
Als jonge loot aan de Oranjestam
Haar moeders stokje plechtig overnam
Was ik erbij en feestte vrolijk mee.

Het hek was echter spoedig van de dam:
De krakers raakten slaags met de ME
En kopje onder in de mensenzee
Nam ik verschrikt de wijk vanwaar ik kwam.

Maar nu de rook voorgoed is opgetrokken
Kijk ik nog één keer in een ommezien
Omhoog naar onze oude kroonprinses.

En zie, ook vijfentwintig jaar nadien
Staat zij nog zelfbewust en onverschrokken
Als nationaal symbool op het bordes.
Naar aanleiding van het 25-jarige jubileum van koningin Beatrix