Simon Vinkenoog (1928 – 2009) werd in Amsterdam geboren en groeide op in de wijk De Pijp. Na een tijd bij uitgeverij Querido en bij UNESCO gewerkt te hebben, richtte hij het Nederlandse literaire blad Blurb op. Verschillende experimentele schrijvers werkte hieraan mee, zoals Armando, Hugo Claus, W.F. Hermans, Jan Hanlo en Lucebert. Samen met het tijdschrift Braak was Blurb een belangrijke aanzet tot de doorbraak van de Vijftigers. Vinkenoog behoorde ook tot deze literaire beweging van nieuwe dichters, die zich afzetten tegen de kunstopvattingen van hun voorgangers.
Vinkenoog debuteerde in 1950 als dichter met Wondkoorts. In de decennia daarna verschenen nog vele nog vele dichtbundels, waarvan de laatste Aardse Zekerheden (15 liefdesgedichten voor Edith) uit 2010 zou zijn. In de loop der jaren ontwikkelde Vinkenoog zich niet alleen als dichter op papier, maar ook als performer van het gesproken woord. Hij stond bekend door de intensiteit en het enthousiasme waarmee hij sprak. Onderwerpen als seks, drugs en rock-‘n-roll schuwde hij niet, wat hem tot een verpersoonlijking van de hippiegeneratie maakte.
In 2004 bleek dat Gerrit Komrij het laatste jaar van zijn termijn als Dichter des Vaderlands niet vol zou maken. Na een onofficiële verkiezing op de poëziewebsite www.epibreren.com werd Vinkenoog verkozen tot plaatsvervangend Dichter des Vaderlands. Elke maand verscheen er een gedicht van hem in het online poëzietijdschrift Rottend Staal en hij las ook gedichten van eigen hand voor bij enkele openbare gelegenheden. Vinkenoog overleed in 2009 na een hersenbloeding.