IK DACHT WAT DACHT JE ‘AAN DEN BOSCHVIJVER’
(voor Jet Roland Holst-van der Schalk)
’s nachts in je laken gedraaid mee naar het ven
aan je voeten die down in water plonzen modder
hey modderbadjetje, permitteer je geweten een pauze!
vrolijk op! je zegt eindelijk iets voor mezelf of slaap ik?
of moet ik alweer weg? al dat bezoek vind ik stom-
vervelend, liefst ben ik alleen met de mensheid of
doe haar over op papier; ik heb vuurvliegjes lief gehad
en rosa luxemburg (ten slotte was ik sterflijk genoeg)
vandaag bij de etos in zundert een vrouw die almaar
op je leek, op het kerkepad terug spitte je
een spoor uit (handen, hoeven en hakken) maar
op het zwemven drijft blinde rosa je droom af
In juni 2016 bracht ik een week door in het atelier van Richard Roland Holst, de echtgenoot van Henriette (Jet) Roland Holst-van der Schalk. Ik wilde vooral weten wie zij was geweest. Gastvrouw van talloze kopstukken uit (linkse) politiek, kunstenaars en schrijvers vanaf de twintiger jaren in de vorige eeuw. Ze streed onvermoeibaar voor een beter lot voor de ‘arbeidersklasse’. Ze werd oud en moe. Ze woonde tot haar dood op de Buische Heide, bij Zundert. Het gedicht maakt deel uit van een poëzieroute met gedichten van Jet herself. Deze tekst is voor haar. Ter ontspanning).
© Anne Vegter, 1 september 2016
Over Henriette Roland Holst